Hoe je als coach de logische niveaus van Dilts kunt gebruiken om effectiever te begeleiden

Als coach wil je je coachee helpen om zijn of haar doelen te bereiken. Maar hoe kun je dat doen op een effectieve manier? Hoe kun je je coachee inzicht geven in zijn of haar denken, leren en veranderen? Een model dat je hierbij kan ondersteunen is het model van de logische niveaus van Dilts. Dit model beschrijft de zes niveaus waarop mensen functioneren: omgeving, gedrag, vaardigheden, overtuigingen, waarden en identiteit. Het model laat zien hoe deze niveaus elkaar beïnvloeden en hoe je ze kunt gebruiken om je coachee te begeleiden bij zijn of haar ontwikkeling en verandering. In dit artikel gaan we in op hoe je dit model kunt toepassen. 

De logische niveaus van Dilts

De logische niveaus van Dilts zijn gebaseerd op het werk van de antropoloog Gregory Bateson, die een model ontwikkelde om de niveaus te beschrijven waarop mensen denken, leren en veranderen. Dilts heeft dit model verder uitgewerkt en toegepast in de context van NLP (Neuro Linguïstisch Programmeren).

Hoe de niveaus elkaar beïnvloeden

Het model van Bateson laat zien dat de niveaus een rangorde hebben: elk niveau geeft vorm en richting aan het niveau eronder. Als je iets verandert op een hoger niveau, verandert er ook iets op de lagere niveaus. Maar andersom hoeft dat niet zo te zijn.

Voorbeeld: als je nieuwe vaardigheden leert, verandert je gedrag. En als je je anders gedraagt, reageren mensen ook anders op je. Je omgeving verandert dus ook. Maar een andere omgeving betekent niet altijd dat je je anders gaat gedragen.

Het model helpt je om ‘problemen’ op het juiste niveau op te lossen. Want echte problemen bestaan niet. Er zijn alleen feiten en hoe jij daarmee omgaat. Dat bepaalt of je iets als een probleem ziet of niet.

Hoe kun je de niveaus van Dilts gebruiken?

De logische niveaus van Dilts kunnen je helpen om je coaching effectiever en diepgaander te maken, door je coachee te laten reflecteren op de verschillende niveaus en de samenhang daartussen. Je kunt je coachee helpen om zijn of haar probleem of doel te analyseren, te begrijpen en op te lossen op het juiste niveau, en om congruentie en harmonie te creëren tussen de verschillende niveaus. Je kunt ook je coachee uitdagen om vanuit een hoger niveau naar zijn of haar situatie te kijken, en zo nieuwe mogelijkheden, inzichten en oplossingen te ontdekken.

Je kunt bijvoorbeeld het volgende stappenplan doorlopen met je coachee:

  1. Ontdek op welk niveau jij of de ander nu zit. Dat kun je meestal horen aan de manier van praten. Praat iemand vooral over zijn of haar omgeving (dat is vaak zo), dan zit hij op het laagste niveau.
  2. Ga naar het volgende niveau als je alle belangrijke informatie hebt. Had je het over de omgeving? Hoe was je gedrag dan? Moet je iets anders doen, en wat heb je daarvoor nodig? En zo verder.
  3. Blijf doorgaan tot je bij het niveau komt waar het echte probleem zit. Meestal is dat het niveau van overtuigingen. Een overtuiging is wat je diep van binnen gelooft of voelt. Overtuigingen sturen vaak (onbewust) je gedrag.

Maak het leuk! Print het model op deze pagina, pak een pion uit een spelletje en zet de pion steeds op het niveau waar je over praat. Zo zie je hoe je denken, leren en veranderen verandert.

De niveaus in detail en bijbehorende reflectievragen

  • Omgeving: Dit is het niveau van de externe factoren, zoals de plaats, de tijd, de mensen en de omstandigheden waarin iemand zich bevindt. Dit niveau beïnvloedt het gedrag en de ervaring van iemand, maar is ook het meest makkelijk te veranderen. Vragen die je kunt stellen op dit niveau zijn:
    • Waar ben je?
    • Wanneer ben je daar?
    • Met wie ben je daar?
    • Wat gebeurt er daar?
  • Gedrag: Dit is het niveau van de specifieke acties en reacties die iemand vertoont in een bepaalde situatie. Dit niveau is zichtbaar en meetbaar, en kan ook veranderd worden door nieuwe vaardigheden te leren of ander gedrag te kiezen. Vragen die je kunt stellen op dit niveau zijn:
    • Wat doe je?
    • Hoe doe je dat?
    • Wat is het resultaat van je gedrag?
  • Capaciteiten of vaardigheden: Dit is het niveau van de capaciteiten, talenten, kwaliteiten en strategieën die iemand heeft om een bepaald doel te bereiken of een probleem op te lossen. Dit niveau is niet direct zichtbaar, maar wel af te leiden uit het gedrag. Dit niveau kan veranderd worden door nieuwe vaardigheden te leren of bestaande vaardigheden te verbeteren. Vragen die je kunt stellen op dit niveau zijn:
    • Wat kun je goed?
    • Wat kun je beter?
    • Wat heb je nodig om dat te kunnen?
  • Overtuigingen: Dit is het niveau van de gedachten, meningen, aannames en waarden die iemand heeft over zichzelf, anderen en de wereld. Dit niveau bepaalt in grote mate hoe iemand de werkelijkheid interpreteert, wat iemand belangrijk vindt en wat iemand motiveert of belemmert. Dit niveau is niet zichtbaar, maar wel te achterhalen door te luisteren naar de taal en de emoties van iemand. Dit niveau kan veranderd worden door nieuwe inzichten te krijgen, beperkende overtuigingen te vervangen door bekrachtigende overtuigingen of waarden te herzien. Vragen die je kunt stellen op dit niveau zijn:
    • Wat geloof je?
    • Waarom geloof je dat?
    • Wat vind je belangrijk?
    • Wat geeft je energie of kost je energie?
  • Identiteit: Dit is het niveau van het zelfbeeld, het gevoel van wie iemand is, de rol die iemand speelt en de missie die iemand heeft. Dit niveau geeft betekenis en richting aan het leven van iemand, en bepaalt ook hoe iemand zich verhoudt tot anderen en de wereld. Dit niveau is niet zichtbaar, maar wel te voelen of te ervaren. Dit niveau kan veranderd worden door een transformatieproces, waarbij iemand zijn of haar identiteit herdefinieert, versterkt of uitbreidt. Vragen die je kunt stellen op dit niveau zijn:
    • Wie ben je?
    • Wat maakt jou uniek?
    • Wat is jouw rol?
    • Wat is jouw missie?
  • Missie: Dit is het niveau van het grotere geheel, de verbinding met iets dat groter is dan jezelf, zoals een hogere macht, een universele wet, een collectief bewustzijn of een gemeenschappelijk doel. Dit niveau geeft zin en inspiratie aan het leven van iemand, en bepaalt ook hoe iemand bijdraagt aan het welzijn van anderen en de wereld. Dit niveau is niet zichtbaar, maar wel te ervaren of te intuïteren. Dit niveau kan veranderd worden door een spirituele ervaring, waarbij iemand zijn of haar perspectief verruimt, zijn of haar waarden verbindt met een hoger doel of zijn of haar identiteit overstijgt. Vragen die je kunt stellen op dit niveau zijn:
    • Waar maak je deel van uit?
    • Wat is jouw visie?
    • Wat is jouw bijdrage?
    • Wat is jouw roeping?

Wil je leren hoe je de niveaus van Dilts toepast in de begeleiding van anderen? Dat leer je bijvoorbeeld in de geaccrediteerde ICM Coachingsopleiding.