Reorganisatie begeleiden: vergeet de achterblijvers niet! 

Soms bevinden bedrijven zich in zwaar weer en is een reorganisatie noodzakelijk. In slechte tijden moeten moeilijke beslissingen genomen worden om het bedrijf te redden. De veranderingen die plaatsvinden in een reorganisatie staan gelijk aan afscheid nemen. Afscheid van iets wat vertrouwd was: de manier waarop het werk werd uitgevoerd, de collega’s waarmee werd samengewerkt of de afdeling waarvoor men werkte. De medewerkers die mogen blijven, de achterblijvers, zijn ogenschijnlijk opgelucht en blij, maar ze zijn beroofd van hun vertrouwde werkomgeving en dit heeft impact. Het begeleiden van reorganisatie is niet makkelijk: Hoe neem je afscheid met aandacht en zorg je dat je medewerkers niet gedemotiveerd en ontevreden achterblijven? 

Het belang van afscheid nemen met aandacht

Aandachtig afscheid nemen aan het begin, tijdens en na een reorganisatie is belangrijk. Je legt hiermee de basis voor een nieuw begin. Het vertrek van medewerkers bij een reorganisatie of ontslag is een impactvolle gebeurtenis. Vaak ligt de aandacht hier op de gedupeerden die hun baan hebben verloren. Minder vaak is er aandacht voor het rouwproces van de achterblijvers. De oorzaken daarvan zijn vaak tijdgebrek, de druk vanuit de organisatie om weer te presteren of het onvermogen van managers en leidinggevenden om over gevoelens te praten.  

Het niet schenken van aandacht aan het afscheid en rouwproces van de achterblijvers kan zorgen voor:  

  • Gedemotiveerde medewerkers die zich moeilijk verbinden aan nieuwe doelstellingen, collega’s of leidinggevende 
  • Angst: “Word ik binnenkort ook ontslagen”? 
  • Afname loyaliteit 
  • Negatieve impact op werkgeluk en sfeer  
  • Verhoogde werkdruk en stress: van de achterblijvers wordt verwacht dat ze direct weer gaan presteren, maar dit zijn vaak onrealistische verwachtingen.  
  • Wantrouwen 

Om het doel van een reorganisatie te behalen is het van belang dat de achterblijvers zich weer veilig gaan voelen. Want wie zich onveilig voelt, zal zich niet met hart en ziel kunnen verbinden aan de nieuwe doelstellingen van de organisatie.  

Tips om achterblijvers te begeleiden bij reorganisatie

Mentale voorzorg 

Ondersteuning bij afscheid begint al voordat de reorganisatie wordt uitgevoerd. Wanneer je een reorganisatie begeleid is het belangrijk dat je je medewerkers niet te lang in het ongewisse laat, dit veroorzaakt onrust die gaat broeien.  

Tips: 

  1. Vertel ze in een vroeg stadium wat er gaat gebeuren zodat ze al aan de slag kunnen met de verwerking 
  2. Bied duidelijkheid, ga er niet van uit dat iedereen zomaar begrijpt waarom de reorganisatie nodig was. Hoe gaat de komende tijd eruit zien? Komt er nog een ontslagronde?  
  3. Wees eerlijk en transparant 

Nazorg 

In de nazorg draait het om persoonlijke aandacht voor eventuele rouw- en verliesgevoelens. Ga daarover in gesprek met elkaar.  

Tips: 

  1. Wees geduldig en geef het team de nodige verwerkingstijd 
  2. Geef ruimte voor het erkennen en mogen uiten van gevoelens 
  3. Zorg dat medewerkers zich gehoord voelen: geef ze inspraak 
  4. Onthoud dat rouwen een persoonlijk proces is dat iedereen op zijn eigen manier en in zijn eigen tempo doorloopt 
  5. Vraag waar je de ander mee kunt helpen 
  6. Eer het verleden 
  7. Organiseer een gezamenlijk afscheidsfeest waarbij je erkenning geeft aan dat wat de vertrekkers hebben bijgedragen aan de organisatie. Dit kan bijdragen aan wederzijdse acceptatie van verlies (van vertrekker en achterblijver) 
  8. Focus op waardering 

Betekenis geven aan het afscheid

Omgaan met verandering vraagt ook om een actief proces van betekenisgeving. Als het goed is vindt hier een kantelpunt plaats waarbij de blijver een gevoel van grip op het werk hervindt. De medewerker herbezint zich op persoonlijke waarden en doelen, om opnieuw richting te kunnen geven aan zijn bijdrage aan de organisatie. Dit cognitieve proces is misschien wel het belangrijkste in het rouwproces. Als de band met het werk opnieuw wordt vormgegeven, kan de medewerker ook daadwerkelijk de relatie met de omgeving weer aangaan en zich openstellen voor de vernieuwde organisatie: zijn functie, taak en collega’s.