In vijf stappen respectvol feedback geven
Soms vind je het gedrag van een ander prettig, soms stoort het je mateloos. Benoem jij dat dan? En, als je dat doet, doe je dat dan op een respectvolle manier? Lees in het onderstaande voorbeeld hoe Evi en Els feedback geven en profiteer zelf van een handig stappenplan.
Twee collega’s, twee stijlen
Evi werkt samen met Els en Willem. Willem is nogal – laten we zeggen – enthousiast van aard. Deze keer heeft hij een nieuw idee over hoe ze nog efficiënter kunnen werken. Hij probeert zijn ideeën op Evi en Els over te brengen. Dat lukt niet goed, want ze vinden dat Willem zijn mening opdringt en worden daar kriegelig van. Na een tijdje besluit Evi er iets van te zeggen.
Evi: “Wil je nou eens ophouden met dat irritante gedram? Jij probeert hier alles te bepalen! Ik werk al jaren zoals ik werk en blijf dat ook zo doen. Punt uit.” Zo. Dat is eruit. Duidelijke taal van Evi. Wel jammer dat Willem hierop gepikeerd reageert.
Els doet het goed
Els pakt het anders aan. Ze loopt naar Willem toe en zegt: “Ik merk dat jij heel enthousiast bent over de nieuwe werkwijze. Je brengt de voordelen naar mijn idee wel erg stellig naar voren. Eerlijk gezegd krijg ik daardoor het gevoel dat ik het nu allemaal niet goed doe en heb ik hierdoor helemaal geen zin meer om serieus naar die nieuwe werkwijze te kijken. Kun je je daar iets bij voorstellen?”
Willem vindt helemaal niet dat ze nu niet goed werken. Hij vindt het vervelend dat Els zijn enthousiasme als kritiek heeft ervaren. Els geeft vervolgens aan dat ze het prettiger vindt als Willem rustig met haar de nieuwe werkwijze wil bespreken en dat ze dan zelf kan beoordelen welke voor- en nadelen eraan kleven. Dat vindt Willem een heel goed plan. Ook Evi is blij met deze uitkomst.
Stappenplan feedback geven
Willem luisterde naar de feedback van Els. Wil jij ook dat er naar jou geluisterd wordt? Breng je feedback dan in vijf, respectvolle, stappen:
1. Benoem het gedrag van de ander
Doe dat dan neutraal, zonder oordeel.
Goed: ‘Je verheft je stem.’
Fout: ‘Je hoeft niet zo te schreeuwen!’
2. Benoem je gevoel in plaats van dat je een oordeel geeft.
Goed: ‘Ik schrik daarvan.’
Fout: ‘Dat is echt belachelijk.’
3. Geef aan wat het gevolg van het gedrag is op jou.
Goed: ‘Op zo’n moment blijf ik zoveel mogelijk uit jouw buurt.‘
Fout: ‘Niemand hier wil nog met jou werken.’
4. Geef concreet aan wat je van de ander verwacht.
Goed: ‘Ik heb veel liever dat je zegt dat je boos bent dan dat je je stem zo verheft.’
Fout: Veel mensen vergeten in hun feedback te benoemen wat ze willen. Ze verwachten dat de ander dat wel snapt en logisch vindt. Maar, dan zou die persoon dat toch al direct zo gedaan hebben? Benoemen dus.
5. Check tussendoor en aan het einde of de ander begrijpt wat jij bedoelt
Goed: Kun je je dat voorstellen? Kan ik dat met je afspreken?
Fout: Deze check blijft wel eens achterwege. Het komt ook voor dat de feedbackgever al uit gaat van de onwil van de ander. Bijvoorbeeld: ‘Maar daar doe jij toch nooit iets mee!’
Lukt het?
Natuurlijk kun je niemand dwingen jouw wensen op te volgen. Je kunt wel inzicht geven in wat gedrag met jou doet en op die manier bijdragen aan een prettigere samenwerking. Heb jij ook wel eens moeite met feedback geven? Probeer de vijf stappen dan eens uit. Gewoon in je eigen woorden. En laat gerust weten of het voor jou werkt!