Generatiemanagement motiveert!

Organisaties zijn zich steeds meer bewust van de waarde van hun personeel. Anno 2022 is dit personeel heel divers: inmiddels werkt Generatie Z naast de Babyboomers. Maar hoe zorg je ervoor dat de verschillende generaties goed samenwerken om hetzelfde doel te bereiken en hoe motiveer je iedere generatie op een passende manier? Lees hier meer over generatiemanagement.

Nooit eerder vertoonde de werkvloer zo’n diversiteit aan normen en waarden, verwachtingen, attitudes en motivaties als nu. Daarom wordt generatiemanagement steeds interessanter. Generatiemanagement is een concreet uitgewerkte vorm van levensfasebewust personeelsbeleid. Dat beleid richt zich op alle generaties en vraagt om een gedifferentieerd HRM beleid.

Op dit moment zijn er vijf generaties op de werkvloer te vinden (in de literatuur zijn overigens verschillende jaartallen te vinden):

  • de Babyboomgeneratie (geboren 1940-1955)
  • Generatie X (geboren 1956-1970)
  • de Pragmatische generatie (geboren 1971-1980)
  • Generatie Y (geboren 1981-1995)
  • Generatie Z (geboren vanaf 1995)

We bespreken nu de belangrijkste kenmerken per generatie en hoe je deze generatie kunt motiveren op de werkvloer.

De Babyboomgeneratie (geboren 1940-1955)

Kenmerken

  • Idealisme en gedrevenheid
  • Het zoeken naar draagvlak voor ideeën
  • Een voorkeur voor (her)structureren

Hoe motiveer je deze generatie?

  • Voor deze generatie zijn aspecten als kwaliteit kunnen leveren, kennis en ervaring kwijt kunnen in het werk en van toegevoegde waarde zijn voor de organisatie veel belangrijker dan presteren,
    jezelf blijven ontwikkelen en status of aanzien verwerven.
  • Praten over de eigen behoeften, wensen en verlangens is geen vanzelfsprekendheid voor deze generatie. Start daarom zelf een gesprek hierover.
  • Ze zijn meer dan gemiddeld gevoelig voor kritiek. Zij hebben meer behoefte aan waardering van anderen dan de andere generaties.
  • Doorgaans zijn leden van deze generatie goed in het leggen van contacten tussen de werkvloer en het management. Ze werken graag samen, zijn politiek handig en hebben realiteitszin.
  • In combinatie met hun relativeringsvermogen, maakt dit de Babyboomers ook uitermate geschikt voor coachende adviesrollen en strategische positie.

Generatie X (geboren 1956-1970)

Kenmerken

  • Individualistisch ingesteld
  • Bescheiden en nuchter
  • Grote drang tot relativeren

Hoe motiveer je deze generatie?

  • Extrinsieke doelen als carrière maken, geld en status verwerven zijn voor de huidige X-ers minder belangrijk in vergelijking met de jongste twee generaties.
  • Leden van Generatie X willen zichzelf nog steeds ontwikkelen, verder leren en resultaten boeken. Dit past bij wat zij zelf in deze levensfase belangrijk en
    van waarde vinden en niet, zoals bij de Pragmatische generatie, omdat de werkgever dat van hen verwacht.
  • Hoewel de meeste X-ers zich vrij snel op hun gemak voelen in sociale verbanden, zijn zij er minder op gericht zichzelf te profileren in sociale netwerken.
  • Veel X-ers zijn bereid en gemotiveerd om minder ervaren collega’s te begeleiden en ondersteunen. Omdat zij vaak wel weten waar hun sterke en zwakke
    punten liggen, zijn leden van de Generatie X doorgaans minder gevoelig voor kritiek en raken zij bij negatieve feedback niet zo snel van hun à propos.

De Pragmatische Generatie (geboren 1971-1980)

Kenmerken

  • Tamelijk materialistisch ingesteld
  • Druk, stress en burnout liggen op de loer. Het bekende dertigers-dilemma is echt iets van deze generatie.
  • Ze verkeren in de levensfase waarin de meeste mensen zich gaan settelen. Een goede balans tussen werk en privé is dan ook een belangrijk thema voor ze.

Hoe motiveer je deze generatie?

  • De pragmatici zijn zich op de werkvloer volop aan het professionaliseren en zijn zich voor het eerst aan het specialiseren.
  • Zij willen graag presteren en leren.
  • Doorgaans zijn ze ongeduldig als het gaat om het afwachten van hun kansen.
  • Ze krijgen graag feedback.
  • Ze zijn individualistisch, op het egocentrische af. Ze zijn meer gericht op het bereiken van de eigen doelen dan op het helpen en ondersteunen van collega’s.
  • Ze staan open voor verandering en zijn dan ook geschikt voor de rol van ‘trekker’ in veranderingsprocessen.

Generatie Y (geboren 1981-1995)

Kenmerken

  • Voelen zich betrokken bij de politiek en bij goede doelen, maar zijn eerder resultaatgericht dan idealistisch.
  • Leren voor eigen ontwikkeling.
  • Ze kunnen zich betrokken tonen, op voorwaarde dat het kansen biedt voor hun cv.

Hoe motiveer je deze generatie?

  • Voor deze generatie staat het werk niet meer centraal in het leven. Ze hecht veel waarde aan vrije tijd en aan de mogelijkheid meer te doen dan alleen werken. Plezier in het werk is een belangrijke drijfveer!
  • Ze hebben behoefte aan concrete, opbouwende feedback.
  • Ze zijn gevoelig voor wat anderen over hen denken.
  • Ze zijn slim en grenzeloos actief, authentieke multi-taskers en willen zich overal snel thuis voelen.
  • Deze generatie wordt gemotiveerd door zelfontplooiing, is mediasmart en getraind in het maken van keuzes.

Generatie X (geboren vanaf 1995)

Kenmerken

  • Kan zich geen leven zonder internet voorstellen.
  • ‘Digital natives’: communiceren overwegend digitaal met zowel hun naasten als de rest van de wereld.
  • Leren en ontwikkelen zich online.

Hoe motiveer je deze generatie?

  • Deze generatie is kieskeuriger dan ooit als het om werk gaat. Het werk moet aansluiten bij persoonlijke drijfveren en identiteit.
  • Ze zoeken uitdagingen en prikkels in een omgeving die respect toont en erkenning biedt
  • Ze willen zich continu ontwikkelen en blijven leren.
  • Ze hechten waarde aan een goede balans tussen werk en de rest van hun leven en verwachten een goede financiële beloning voor wat ze doen.
  • Deze generatie vindt, meer dan voorgaande generaties, werkgeluk belangrijk. Als je als werkgever investeert in het werkgeluk van je medewerkers, vergroot je de kans dat deze generatie voor jou kiest.